Als een groot deel van Nederland op een oor ligt, is Luc Wierts aan het werk. Sinds 2016 is hij nachtredacteur bij het ANP. Nu, in tijden van de coronacrisis, is de bezetting op de nachtredactie hoger dan normaal. ''Een paar weken geleden kwam het belangrijkste coronanieuws uit Azië, dat was grotendeels ‘s nachts.''
Een gemiddelde nacht
"Als nachtredacteur begint je dienst om 23:00 uur. Dan heb je een half uur tot uur overlap met de binnen- en buitenlandredacteur. In deze tijd overleg je de stand van zaken, lees je het nieuws van afgelopen uren bij en wordt het werk overgedragen. Vervolgens zit je tot 6 uur ‘s ochtends samen met een collega van radio op de redactie en druppelen langzaam de collega’s van de ochtenddienst binnen. Om 7 uur ‘s ochtends zit mijn werkdag erop. In de nacht is de redactie dus bezet met twee mensen."
Het signaleren van nieuws
"Je werkzaamheden als nachtredacteur komen overeen met het werk van een redacteur overdag. Je schrijft berichten, houdt verschillende nieuwswebsites en Twitter in de gaten; ik heb gemiddeld 20 tabbladen in mijn browser open om niets te missen. Verder lezen we alle kranten door en maken wij MediaWatches van nieuws uit de kranten. Dat zijn berichten waarin we belangrijk nieuws van andere media signaleren. Tot slot vullen wij de dagelijkse start-nieuwsbrief van het ANP aan en versturen we deze naar alle mediaklanten."
Bij groot nieuws
“Bij groot nieuws handel je direct en wanneer het echt nodig is schakel je andere collega’s in. Er is namelijk altijd een collega die piketdienst heeft en oproepbaar is bij groot nieuws in de nacht. In de vier jaar dat ik nachtredacteur ben, is dat niet zo heel vaak voorgekomen, bijvoorbeeld toen president Trump besloot om raketten op Syrië of Iran af te vuren. Veel grote nieuwsgebeurtenissen die ik tijdens mijn diensten heb meegemaakt, zoals verkiezingen in Amerika, kun je van te voren grotendeels plannen. De berichtgeving daarvoor stemmen we van tevoren af, waardoor ik precies weet wat ik moet doen en of een persalarm noodzakelijk is.’’
"Als nachtredacteur ben je van alle markten thuis en moet je met alle nieuwsonderwerpen aan de gang kunnen gaan."
"Als nachtredacteur ben je van alle markten thuis en moet je met alle nieuwsonderwerpen aan de gang kunnen gaan."
— Luc Wierts
Corona
''Nu, tijdens de coronacrisis, is het drukker dan normaal op de nachtredactie. We werken met een extra nachtredacteur. Een paar weken geleden kwam het belangrijkste coronanieuws uit Azië, dat was grotendeels ‘s nachts. Tegelijkertijd waren in de Verenigde Staten de voorverkiezingen bezig. Dit zorgde voor een drukkere nacht dan normaal en dan is een extra collega fijn.
Nu komt vooral veel nieuws over het coronavirus uit de Verenigde Staten. Vanwege de maatregelen door het coronavirus werken nu veel mensen thuis. Daardoor is het begin en het einde van de nachtdienst wel vreemd, dan zijn de collega’s van de nieuwsdienst niet fysiek aanwezig. Als ik ‘s morgens wegga zijn alleen de collega’s van radio op kantoor."
Van alle markten thuis
"Als nachtredacteur ben je van alle markten thuis en moet je met alle nieuwsonderwerpen aan de gang kunnen gaan. Je schrijft niet over een bepaald onderwerp. Wel zijn de onderwerpen redelijk constant. Voor binnenlands nieuws schrijf ik bijvoorbeeld vaak over grote branden en schiet- of steekpartijen. Verder is er natuurlijk veel nieuws uit het buitenland vanwege het tijdsverschil."
Met z’n tweëen
"De meeste mensen zijn gewend om met veel collega’s om hen heen te werken. Ik werk eigenlijk altijd met één andere collega: de collega van radio. Deze persoon is vaak mijn vraagbaak, iemand wie ik om feedback kan vragen. Dat is erg fijn. We overleggen regelmatig met elkaar en geven elkaar tips. De collega van radio is ook de eindredacteur en checkt de nieuwsberichten voordat ze online gaan. Helemaal alleen als nachtredacteur ben je dus zeker niet."
